Er wordt amper meer geschikt tussen slachtoffers van ongevallen en verzekeraars. Een gang naar de rechter is bijna standaard geworden om een vergoeding af te dwingen. Dat beweert de Enschedese letselschadeadvocaat Marcel Camps in de regionale krant Tubantia vandaag. “Als ik het vergelijk met tien jaar geleden is het bar en boos. Over de hele linie. Verkeerszaken, medische fouten, alles. Het is hommeles”, zegt Camps.

‘Verzekeraars traineren bewust letselschadezaken’

Volgens Camps is een gebrek aan kundig personeel bij de verzekeraars slechts een deel van het probleem. “Maar ze liggen ook veel te lang dwars. Niet alleen over de vordering van de gedupeerde, ook over de kosten die wij als advocaat voor deze mensen moeten maken. Dat wordt dan weer als breekijzer gebruikt, om vooral niets te hoeven regelen. Er is sprake van een verscherping van het beleid, schijnbaar. De deur gaat meteen dicht; je wordt wel gedwongen naar de rechter te stappen”, aldus de advocaat in Tubantia.

Ziekenhuizen en verzekeraars

Afgelopen zomer kondigde het Verbond van Verzekeraars aan dat de Letselschade Raad de langlopende letselschades ging onderzoeken, met als doel om de oorzaken te achterhalen zodat die kunnen worden aangepakt. Volgens Camps zeggen verzekeraars dat de duur oploopt omdat er kosten bespaard moeten worden. “Het aantal claims zal best zijn toegenomen. Maar niet zoveel dat er sprake is van een groot probleem. Het wordt overtrokken. Er is nog geen verzekeraar omgevallen, in tegenstelling tot ziekenhuizen, om maar wat te noemen.”

Oorlog

De advocaat zegt dat hij tijdens een congres al eens van een grote verzekeraar hoorde hoe verzekeraars over medische missers denken. “Toen werd zonder omhaal publiekelijk gezegd: ‘als je bij ons komt met een medische fout, dan is het oorlog.’ Nou, dat is onderhand wel gebleken. Dan kun je wel discussies voeren over de maatschappelijke functie van een verzekeraar. Nou, die is er dan dus even niet.”